Dit voormalige pakhuis, vlakbij het Gare du Midi, is omgebouwd tot een "Huis van Culturen". Op een oppervlakte van 1500 m2 bevinden zich drie multifunctionele zalen die hun industriële karakter hebben behouden. Alle ruimtes zijn opnieuw ingericht. Achter de grote, glazen toegangsdeur is de hal vergroot. De bezoeker wordt in het licht van de foyer getrokken door de centrale gang die langs een gebogen, doorschijnende wand loopt.

Oorspronkelijk werden drie volumes gebouwd rond een donkere en smalle binnenplaats. De architecten stelden voor om het te bedekken met een glazen dak en er de centrale plaats van te maken. Om een ontmoetingsplaats te creëren hebben de ontwerpers daar de foyer, de toegang tot het sanitair en de verticale verbindingen geplaatst.

Het budget was zeer beperkt: 560 €/m2. De architecten zorgden er niettemin voor om te voldoen aan de brand- en PBM-normen, enz. Er is geen fantasie: de activiteiten vinden plaats in een sober zwart-wit decor. De bakstenen zonder plafond zijn direct geschilderd. Een effen, neutrale synthetische bekleding verbindt de ruimtes. Het licht dat door de mezzanine naar binnen valt, een industriële glazen wand, de gekleurde toegangsdeur en een loopbrug van glazen platen zijn de enige luxe van de plek. Het "huis van culturen" was ook een reflectie over de neutraliteit die de plaats nodig heeft in termen van identiteit en over de toe-eigening van de plaats door de verschillende groepen.